2012 Gravelines

 

Dag 1 Zaterdag

 

Voor het eerst eens anders naar de westkant van Frankrijk gereden namelijk niet over Breda-Antwerpen maar over Bergen op Zoom-Liefkenshoektunnel-Zelzate-Gent wat prima bevalt. Het rijdt en lekker door en het het rijdt ontspannen. We zijn erg vroeg in Gravelines waar we eerst boodschappen doen bij de Intermarché die wat rommelig is en nogal nauwe gangpaden heeft. We staan om kwart voor drie al op de camping waar we toch vlot in kunnen checken bij een oudere dame die kort wat uitleg geeft over de camping. Dat betreft met name gebruik slagboom en wifi en het feit dat er geen broodservice is. Verder is er eigenlijk niet veel op het terrein te vinden behalve wat speeltoestellen voor kinderen en een boulesbaan. Wij krijgen MH 7 achterop een veld vrij dicht bij een washok. Zowel Mobil Home als plek zijn nogal klein en de veranda wordt zo ongeveer compleet ingenomen door een houten picknick meubel. Het terrein bestaat vooral uit stacaravans van vaste gasten, stacaravans voor de verhuur en wat kampeerplekken. Het is opvallend druk met ook campers en huurders die hier kennelijk mee doen aan zeilwagenwedstrijden op het naastgelegen strand. Het terrein bevalt ons verder goed en we vinden het vooral prettig dat er geen poespas is.

 

 

Later in de middag samen het dorpje nog ingelopen wat Petit Fort Philippe heet maar wel onderdeel van de gemeente Gravelines is. Een leuk dorpje niet zo heel oud, geen pretenties en niet erg toeristisch. Een aardig centraal plein met wat winkels waar ook de krant te krijgen is en we de pmu “au bon acceuil” bezoeken voor een paar versnaperingen om de vakantie in te wijden. We lopen nog een stukje door naar het riviertje de Aa wat hier de zee instroomt en met een omweg wandelen we terug naar de camping. Als ik wil gaan douchen val ik om van de putlucht in de douche. Waarschijnlijk zijn we de eerste huurders van het jaar en staan de sifons droog.

 

 

We dineren bij restaurant “l’Arlequin” die we na anderhalf uur weer verlaten na gewoon lekker te hebben gegeten. De bediening is nogal chaotisch en geeft in eerste instantie weinig vertrouwen. Eigenaar, vrouw en een jonge deerne bedienen maar de taakverdeling lijkt niet helemaal helder. Het duurt vrij lang voor we kunnen bestellen maar daarna gaat alles vlot en probleemloos. We nemen allebei vooraf een tartaar van zalm, wat een erg lekker mengsel van zalm, prei, dille en krab is en afgewerkt met een flap gerookte zalm en zeekraal. Dit laatste hebben we nog nooit eerder gegeten en is verrassend lekker. Het is knapperig en het lijkt op zuur te hebben gelegen. Het hoofdgerecht is een dorade met chorizo, grijze garnalen en een botersaus met daarbij veel kleine groentes en puree. In al zijn simpelheid gewoon erg lekker. Na krijgen we nog een merengue. Als wijn nemen we een fles witte Bourgogne premier cru uit Monteray die nogal aan de prijs is maar wel goed smaakt. Naast ons komt halverwege het diner een wat merkwaardig ouder stel te zitten. De vrouw kan eigenlijk alleen maar schreeuwend communiceren en de man heeft nog maar drie tanden in zijn waffel staan en hem zien eten is geen genot. Daarbij roept de vrouw wel zeven keer dat er geen mosselen zouden zijn, wat uiteraard een kwestie is van de kaart goed lezen. Eigenlijk de enige dissonant vanavond. Het interieur is voor Franse begrippen een wat vreemd mengsel van modern en klassiek. Klassieke kleuren en inrichting maar modern vormgegeven en een rustig zacht stijlvol muziekje op de achtergrond.

 

 

Dag 2 Zondag

 

De eerste nachtrust is met name niet geweldig door de kou en we zijn er voor ons doen vrij vroeg uit, vooral omdat we zin in warme koffie hebben. We lopen dan ook vroeg naar de markt die hier op zondagmorgen plaats vindt maar waarschijnlijk door het koude en dreigende weer niet erg druk bezocht wordt. Wel is het druk in de PMU waar wij ook naar binnen rennen en nog een koffie nemen om weer wat op te warmen. We lopen aansluitend naar het strand waar volgens de krant strandzeilwedstrijden gehouden worden. Men is nog niet echt begonnen en vanwege de erg harde wind en ook af en toe regendruppels besluiten we maar terug te gaan naar de camping. Uiteindelijk is er later in de middag geen zeilwagen meer te bekennen, we denken dat de wedstrijden wegens te harde wind zijn afgeblazen.

 

 

Na een lunch in de caravan rijden we naar het vlakbij gelegen Gravelines zelf waar we wat rondkijken. Het is nu in ieder geval droog en iets warmer zodat het wel te doen is. Het stadje ziet er leuk uit en het is er, niet zo vreemd in Frankrijk, op zondag uitgestorven.

 

 

We rijden door naar Grand Fort Philippe wat aan de andere kant van de Aa ligt en waar twee museumpjes liggen die we met één kaartje kunnen bezoeken. Het ene museum is het musee de la mer wat vooral gaat over de IJslandvaart vanuit Gravelines. Men heeft veel foto’s, maquettes en scheepsvoorwerpen uit die tijd en het meest verrassende vinden we dat er zelfs een hospitaalschip mee voer. Het andere museum ligt een paar honderd meter verderop en is het musee de Sauvetage. Hier is niet heel veel meer te zien als een reddingsboot uit de jaren 60/70 die nog steeds in de oude loods staat met de bijbehorende hellingbaan om de boot te water te laten. Men blijkt zo door de jaren heen toch maar liefst honderd twee en dertig mensen te hebben gered. Als ik aan het meisje wat aanwezig is vraag of er überhaupt nog een reddingsboot in gebruik is in het dorp weet ze het antwoord niet.

 

 

Terug op de camping kunnen we zelfs uit de wind nog even buiten zitten in het zonnetje, het weer kan hier rap veranderen is wel duidelijk maar het blijft wel koud. Zelf wat kookwerk verricht en wat Franse wijntjes geprobeerd en de rest van de avond wat gelezen in een redelijk warme caravan.

 

Dag 3 Maandag

 

Een zonnige maar frisse dag en wat opvalt als ik een ochtendwandeling maak is dat er heel veel campers die zowel op de camping als op het grote parkeerterrein in het dorp stonden vertrokken zijn. Dit zullen toch vooral de strandzeilers zijn geweest die na het weekend vertrokken zijn. We besluiten vandaag wat langs de kust richting Boulogne sur Mer te trekken en daar uiteindelijk het museum bezoeken. We beginnen in Escalles waar we het strand op kunnen en vanaf daar is het later met de auto een heel klein stukje omhoog naar Cap Blanc Nez om daar van het uitzicht te genieten. Het is helder weer en we kunnen de Engelse kust prima zien liggen.

 

 

We stoppen nog in het petieterige dorpje Tardinghen waar we wat rondkijken en het uitzicht ook mooi is.

 

 

De lunch gebruiken we in Wimereux waar alle restaurants aan de boulevard zo ongeveer vol zitten behalve “Les Oyats”. Misschien dat dat een waarschuwing had moeten zijn want zowel mijn omelet als de pizza thon van mijn reisgezel zijn niet geweldig.

 

 

In Boulogne sur mer aangekomen, waar we in het verleden de benedenstad en Nausica al eens onveilig hebben gemaakt, rijden we nu meteen helemaal door naar de bovenstad waar het ommuurde Middeleeuwse deel ligt. Langs de stadsmuren is ruimte voldoende om te parkeren wat ook nog gratis is. We moeten een stuk om de muur heen lopen om bij het Chateau Musée uit te komen. Men heeft nogal een aparte verzameling. Op de begane grond een antropologische afdeling met mummies, Griekse vazen, maskers uit midden Afrika en Alaska, een stukje Middeleeuwse kerkelijke kunst en prehistorische vondsten uit de omgeving. Allemaal niet heel indrukwekkend en vooral bijzonder vermoeiend door de aanwezigheid van horden schoolkinderen. Op de eerste verdieping is het gelukkig een stuk rustiger en heeft men een leuke collectie schilderijen met veel Corot en Tattegrain en daarnaast mooie doeken van Courbet en Sisley en ook nog een vitrinekast vol met glas- en aardewerk van Emile Gallé wat veel vergoed. Alles bij elkaar kijken we een uurtje rond en zonder de grote hoeveelheid kinderen was dat waarschijnlijk nog wel wat langer geweest.

 

 

Na het verlaten van het museum wandelen we het Middeleeuwse centrum binnen de stadsmuren nog in. We bekijken de Basilique Notre Dame waar wederom veel kinderen aanwezig zijn en een podium in elkaar wordt getimmerd. In de koepel die bijna honderd meter hoog is zijn nogal wat fresco’s aangebracht maar een deel lijkt weggevreten door het vocht. Als je eens goed rondkijkt is het wel een wat mottig gebouw.

 

 

We gaan vanavond uit eten bij “Au retour d’Islande”. Op de een of andere manier vinden we het een wat groezelige tent. Uiteindelijk zijn er drie tafels bezet en wordt het ook nog behoorlijk koud in de loop van de avond omdat de verwarming in ieder geval niet aan staat. We nemen allebei moules frites, voor mij a la créme en voor tafelgenoot a la chef. Mijn mosselen smaken beduidend beter en we drinken er een prima fles Chablis bij. Na Profiterolles voor tafeldame en zelf ga ik voor een sorbet. We eten er gewoon lekker, we hebben het ook gezellig aan tafel en zelfs de radiozender met muziek op de achtergrond is heel aardig maar gek genoeg hebben we niet de behoefte om deze vakantie nog een keer terug te gaan

 

 

Dag 4 Dinsdag

 

We hebben een hele koude nacht en ik word dan ook steeds wakker. Buiten is het rond het vriespunt maar er staat ook windkracht 8 en dat maak het buitengewoon onplezierig. Daarnaast kraakt de MH ook nog eens door de wind wat ik later op weet te lossen door de veranda iets los te trekken van de MH, kennelijk schoven die langs of tegen elkaar. We doen de ochtend kalm aan en later nog boodschappen bij de Super U in plaats van de Intermaché. Deze ligt richting Grand Fort Philippe en is beter uitgerust maar we hebben de indruk ook duurder en aan de kassa’s duurt het allemaal veel te lang naar ons zin zodat we besluiten hier niet meer naar toe te gaan.

 

We gaan vanmiddag via de dijk naar Dunkerque wat de makkelijkste en snelste route is om zonder files in het centrum uit te komen. Alleen is er door de wind vandaag heel veel zand op de weg gewaaid en samen met de regen betekent dat wel oppassen want we glijden her en der wel weg zodat we er wat langer over doen.

 

 

We willen naar museum LAAC maar staan daar als we aankomen samen met wat andere mensen voor een gesloten deur omdat men de inrichting aan het wijzigen is gedurende drie dagen volgens een plakkaat op de deur. 

 

 

We kijken dan maar of het musee Portuaire open is maar dat blijkt op dinsdag ook gesloten. We schuilen in de naast gelegen bar “Jeanne May” en bedenken onder het genot van een drankje wat we dan deze middag gaan doen.

 

 

We besluiten naar Bourbourg te rijden om in de plaatselijke kerk het “Choeur de la Luminae” van de Engelse kunstenaar Caro te gaan bekijken. Dit is een wat wonderlijke kunstwerk in het herbouwde schip van de kerk met een witte marmeren vloer die we alleen met schoenbeschermers mogen betreden. De kunstwerken bestaan uit staal, hout en leem en zijn zeer robuust wat eigenlijk wel past bij zo’n robuust gebouw als een kerk.

 

 

Dag 5 Woensdag

 

De Nachtrust gaat beter omdat het beduidend minder koud is. We beginnen met een uitgebreid ontbijt met een paar gebakken eieren en gaan daarna toch de hort op ondanks dat het weer steeds grijzer begint te worden. We rijden naar Bergues wat door de opnames van de Franse film "Chez les Chti's" een behoorlijk populair stadjes schijnt te zijn geworden. Het is inderdaad een leuk stadje om een tijdje doorheen banjeren alleen vinden we de kerk nogal oninteressant. We pauzeren met een quiche en een soort pan pizza in café “La Poste”’ waar het vol hangt met foto’s van acteurs van voornoemde film die in het café aan de toog hangen.

 

 

Na de lunch rijden we door naar het musee portuaire in Duinkerque wat vandaag wel open is en ik graag wil bekijken. Het museum gaat over alle facetten van "de haven" zowel havens in het algemeen als de haven van Dunkerque zelf. Wat vooral neer komt op wat je in zijn algemeenheid aan soort werk, beroepen, soorten lading en methoden voor het laden en lossen door de eeuwen heen tegen komt. Daarnaast dan specifiek zaken over de geschiedenis van de haven van Dunkerque zelf vanaf de tijd van de kaper Jean Bart tot op heden. Verder heeft men veel maquettes van schepen en is er een vaste tentoonstelling over de scheepswerf van Dunkerque die inmiddels niet meer bestaat. Voor de deur liggen nog twee schepen die op woensdagen te bezichtigen zouden moeten zijn, maar kennelijk nou net deze woensdag als wij er zijn niet. De tijdelijke tentoonstelling gaat over schepen in stripboeken wat nauwelijks raakvlak heeft met de vaste collectie en waar weinig aan is.

 

 

We denken via de dijk weer terug te rijden naar de camping alleen lukt dat niet omdat er een sluis continu open blijft staan. Uiteindelijk gekeerd en de terugrit gemaakt via de doorgaande weg door het industriegebied waar het net spits aan het worden is en we dus allesbehalve opschieten. We zijn laat terug en als we dan eindelijk weer in de caravan zijn aanbeland krijgen we nog een enorme hagelbui over.

 

's Avonds is het wel weer droog als we uit eten gaan bij “Le 116”. De Inrichting van deze eetgelegenheid is niet helemaal mijn ding en ook de muziek staat wat te hard naar mijn smaak, maar we eten er wel lekker en er zit behoorlijk wat volk. We nemen een prima fles Sancerre en vooraf gerookte zalm met een iets te slappe kruidenmayonaise. Als hoofdgerecht Coquilles st Jacques a l’Indienne met rijst. A l’Indienne betekent in dit geval een saus met veel paprika en heel licht zoetje en een zuurtje over de coquilles wat prima smaakt, alleen is de rijst helaas smakeloos. Na nog een coupe frecheur wat bestaat uit lekker sorbetijs met echte zelfgemaakte room die eens niet zo zoet is en mij prima bevalt. De bediening is wel wat matig in handen van een tamelijk hard gillende dame en een wat verwijfde jongeman.

 

Dag 6 Donderdag

 

De morgen rustig opgestart en tegen elf uur naar St Omer vertrokken. Onderweg hebben we veel regen, als we in St Omer uitstappen is het in eerste instantie droog zodat we het stadje maar meteen bekijken. De kerk lukt niet want die is nog gesloten. Na verloop van tijd begint het weer stevig te regenen en duiken we maar een eettentje in waar we een pizza en een galetta als lunch nemen. Een prima restaurantje waar we zitten, het zit vol, is leuk aangekleed en de bediening is ook prettig.

 

 

Na het eten wandelen we naar het musee Sandelin. Dat blijkt een leuk museum met een behoorlijk afwisselende collectie. We beginnen met een afdeling Middeleeuwse wapens en komen vervolgens uit bij een afdeling kerkelijke kunst uit St Omer waar men vooral een paar fraaie mozaieken heeft. Hierna staat een ruimte met pijpen uit St Omer op het programma wat te maken heeft met het feit dat rond 1840 op grote schaal tabak rond St Omer werd geteelt waardoor ook het vervaardigen van pijpen hier is ontstaan. De volgende afdeling is een grote verzameling Faience die vooral verrassend afwisselend is en ook veel Delfts Blauw bevat. Het hoogtepunt van de collectie zijn voor ons een drietal ruimtes met daarin een originele inrichting van een kamer uit 18e eeuw met meubilair, wandafwerking, muziekinstrumenten en schilderijen van onder andere Boilly en een drietal zaaltjes met schilderijen van Nederlandse en Vlaamse meesters en een aantal Renaissance stukken. Uitschieters zijn doeken van Jan Steen en een Breughel waarop primitieve hersenoperatie oftewel een keisnijder te zien is. We krijgen een map met Engelstalige uitleg mee wat het allemaal goed te volgen maakt. We staan na een uurtje weer buiten en als we terug naar de auto wandelen gaan we toch nog even langs de kerk die nu wel open is. In de kerk is het verrassend druk met schoolpubers die er een soort speurtocht lijken te houden wat kabaal en onrust geeft. Daarbij is de binnenkant een iets te bonte verzameling van lelijke elektrisch brandende kaarsen, tableau’s, schilderijen en beelden om echt aantrekkelijk te zijn. De buitenkant van de witte steen hier uit de omgeving ziet er in ieder geval een stuk fraaier uit.

 

 

Terug op de camping kunnen we uit de wind toch nog eventjes buiten in het zonnetje zitten met een lekker glas Chablis. We koken de koelkast alvast zo veel mogelijk leeg en ruimen ook het een en ander op.

 

Dag 7 Vrijdag

 

We hebben dan toch nog een dag mooi weer blijkt als we al vroeg op zijn. We rijden na het ontbijt naar het platier d’Oye wat een natuurgebied aan de andere kant van de Aa is wat tegen Grand Fort Philippe aanligt. We hebben wat pech omdat delen van het wandelpad afgesloten zijn maar we zien de nodige vogels in de zoetwaterpoelen die hier liggen en aan zee komen we nog wat bunkers tegen die langzaam in de oceaan aan het verdwijnen zijn.

 

 

Hierna rijden we naar Dunkerque waar we bij een onooglijk eettentje een kipmaaltijd nuttigen en aansluitend toch weer naar het LAAC gaan. Ondanks het bordje op de deur dat het vanaf woensdag weer geheel open zou zijn moeten we constateren dat nog steeds zo’n veertig procent van het pand is afgezet en niet bezocht kan worden. Daar staat wel tegenover dat de toegang daarom gratis is. Wat we kunnen bekijken is wel heel leuk. Veel Karel Appel zowel tekeningen als houten figuren in de opstelling “Cirque”, een paar Miro’s, Dahli’s en Herbin’s en vrij veel van Vasarely wat mij wel aanspreekt. Een en ander is wel lastig ten toon gesteld in schuiflades die je steeds open moet trekken om de werken te kunnen bekijken. Best een handige manier om veel ten toon te kunnen stellen maar wat lastig voor de rug.

 

 

We zijn vroeg terug op de camping waar we nog wat schoonmaken en ik uiteindelijk ook nog even naar de vuurtoren loop die ik beklim. Bovenop een leuk uitzicht en in de woning onder de vuurtoren kan je nog een klein tentoonstellinkje over de geschiedenis van de vuurtoren en zijn bewoners bekijken. Ook is er wat technische uitleg over de lampen die men door de jaren heeft gebruikt en hoe de elektravoorziening van de lampen werkt. Bij het beklimmen van de vuurtoren kom ik onderweg diverse raampjes tegen waar aan de buitenkant duiven nestelen. Eén heeft zelfs al jongen en je vraagt je af of dat met de huidige kou allemaal wel goed zal gaan.

 

 

’s Avonds nog gepind voor we weer bij “l’Arlequin” voor een hap naar binnen lopen wat de vorige keer goed bevallen is. Er is plek en we nemen een fles Pouilly Fumé. Voor mij een menu met vooraf warme en koude foie gras met chutney en een kleine salade met eend die prima smaakt. Als hoofdgerecht Tarbot en Lotte met grijze garnalen en groente die ook lekker is. Na krijg ik een tuille van chocola met vanilleroom en frambozen die ook prima van smaak is maar wel erg zwaar op de maag ligt. We zitten uiteindelijk bijna 2 uur aan tafel omdat tafelgenoot een gerecht besteld met een enorm vol bord voorzien van allerlei schelpdieren, garnalen en kreeftachtigen. Het slachten en uit schelpen pulken van een en ander kost nogal wat tijd en niet alles wordt als lekker beoordeeld. Na voor tafeldame nog Profiterolles die zo groot als oliebollen blijken te zijn.

 

Dag 8 Zaterdag

 

We vertrekken vroeg na een zeer strenge controle wat we nog nooit eerder zo mee hebben gemaakt. De thuisreis gaat vlot via de Liefkenshoektunnel, alleen loopt het verkeer helemaal vast bij Gorcum. Uiteindelijk steken we binnendoor over naar de A2 waarna we alsnog vrij vlot thuis zijn. Op zich een prima vakantie gehad maar wel erg koud zodat we wel besluiten om voortaan niet meer zo vroeg in het jaar al op een camping te gaan zitten.