2010 Pontorson

 

Dag 1 Vrijdag

 

Halverwege de ochtend vertrokken en zowel bij Breda als bij Antwerpen file waardoor het allemaal niet erg opschiet. We nemen voor het eerst van ons leven dan maar de Liefkenshoektunnel waar het wel door rijdt maar vervolgens is het tot Oostende waar we afslaan naar Frankrijk nog steeds erg druk. Hierna een oase van rust op de weg tot aan ons hotel in Hardelot Plage.

 

We hebben gekozen voor Hotel de la Parc wat van het Best Western keten is en we komen er ter plaatse pas achter dat het een enorm complex is met ook een soort van appartementen die je kan huren. Pas na een hoop gezeur mogen we de auto die vol met bagage zit op de afgesloten parkeerplaats neer zetten omdat die officieel alleen voor de mensen die een appartement huren is. We krijgen een kamer op de begane grond met een zitje. Nogal fors aan de prijs maar met een goed bed en behoorlijk ruim. Als we de deur uit lopen voor een wandeling naar het strand, zien we de prijslijst hangen van het restaurant wat bij het hotel hoort en besluiten we om vanavond ergens anders te gaan eten want de prijzen zijn werkelijk over de top.

 

 

De wandeling naar het strand blijkt wel wat verder als gedacht en eindigt met een hoop beton wat uitkijkt over zee waar we niet heel warm van worden. Iets van de kust af ligt het centrum wat niet onaardig is en we drinken er een zeer matig wijntje voor we de terugweg weer aanvaarden en nog een krantje kopen. We vinden ’s avonds vlakbij ons hotel restaurant “Regina” wat bij een Logis de France hotel hoort en vele malen goedkoper is als waar wij zitten. De bediening is wat rommelig wat waarschijnlijk ook komt door een aantal stagiaires wat onderdeel van de brigade is. We nemen een flesje wijn uit de Elzas van het huis Hugel die we lekker vinden. Vooraf gaan we voor vissoep die pittig is alleen vergeet men een lepeltje voor de roux. Als hoofdgerecht hebben we coquilles st Jacques met zomergroenten en een roomachtige saus. Het smaakt heerlijk maar vult niet erg. Na nemen we dan maar 4 streekkazen die wel aardig vullen. Als we terugkomen zit de hotelbar redelijk vol en is het er wel gezellig, alleen zijn we te moe en besluiten toch maar naar onze kamer te gaan en in bed te kruipen.

 

 

Dag 2 Zaterdag

 

Na een moeizame nacht staan we niet al te vroeg op. Het ontbijt is druk met families en smaakt matig, vooral de koffie en de scrambled eggs vallen nogal tegen. Het weer is gelukkig goed zodat we een prima reisdag hebben en ook uitgebreid pauzeren bij de Pont de Normandie om wat rond te kijken.

 

 

Na de Pont is het opeens erg druk bij de diverse tolpoortjes, gelukkig hebben we een creditcard bij ons wat heel veel tijd scheelt. Na Caen gaan we de snelweg af om te tanken omdat we langs de snelweg niet veel vinden behalve vlak voor Caen maar daar is het aansluiten in de file. Iets na drie uur rijden we camping "Haliotis" in Pontorson op. We krijgen Mobil Home M05 toe gewezen die helemaal achteraan op de camping vlakbij het riviertje de Couesnon ligt. De Mobil Home is schoon, kent een redelijk standaard indeling inclusief tv, magnetron en koffiezetapparaat. De stoelen zijn zeer beroerd maar gelukkig hebben we goede tuinstoelen meegenomen. De Veranda is redelijk groot en heeft geen luifel. Op onze plaats is er nog plek voor de auto maar dan is die ook wel gevuld.

 

 

We doen nog snel boodschappen bij een vlakbij gelegen Carrefour en daarna kunnen we goed buiten zitten met een krant, boek, glas wijn en later nog een simpele maaltijd. Na het eten het dorp nog even ingewandeld voor een terrasje maar dat blijken ze hier niet te hebben op zaterdagavond zodat we weer snel terug zijn.

 

 

Dag 3 Zondag

 

Vanochtend naar het dorp gewandeld en een krant gehaald en later ook nog een stukje langs het riviertje de Couesnon wat achter de camping langs loopt richting de zee gewandeld en weer terug. Omdat het weer ’s middags tegenvalt besluiten we toch even met de auto de omgeving wat te verkennen. We hebben vanuit de “polders” en vanaf de brug over de Couesnon bij Beauvoir een prachtig uitzicht op de Mont Saint Michel. Ook vanaf de Duitse begraafplaats uit WW II bij Huisnes sur Mer hebben we een schitterend uitzicht op de Mont en het eiland Tombelaine. Op de begraafplaats zelf liggen 12.000 Duitsers begraven en het is er bepaald niet toeristisch. Hier liggen folders over alle Duitse begraafplaatsen in Frankrijk en bij elkaar is dat een verbijsterende hoeveelheid en dus ook verbijsterende hoeveelheden doden mag je concluderen. Al die begraafplaatsen worden door een Duitse organisatie onderhouden op basis van uitsluitend giften. Kennelijk zijn die er voldoende want die waar wij nu staan is in ieder geval goed onderhouden. We willen eigenlijk nog even naar het maison de la Baie in Courtils om wat informatie over de baai tot ons te nemen. Ik kan het echter niet vinden en begin tot drie maal toe opnieuw te zoeken tot we er uiteindelijk tegen aan rijden in Bas-Courtils. Tegen de tijd dat we het gevonden hebben is het gesloten. Uit het ritje van zo’n vijfentwintig kilometer blijkt wel dat het zo vlakbij de Mont Saint Michel erg toeristisch is. We komen enorm veel hotels, chambre d’hotes en restaurants tegen.

 

 

Het diner gebruiken we bij “Le Grillon” waar we nog net het laatste niet gereserveerde tafeltje hebben. Een kleine zaak maar leuk ingericht en leuk personeel. Als aperitief nemen we eens een pommeau wat we niet kennen. Die blijkt een stuk milder van smaak als Calvados en bevalt ons goed. We nemen bij het eten een flesje muscadet de Sevre et Maine en allebei een menu. Dat wordt vooraf een salade Norvegienne die bestaat uit sla, gerookte zalm, ui, citroen en grapefruit. Het hoofdgerecht is een pailotte saumon met twee forse zalmmoten met julienne gestoofd in boter. Na sorbetijs met slagroom en vruchtencoulis. We eten smakelijk maar het gaat helaas wel in een razend tempo. Naast ons zit een stel met een jong meisje die nogal wat stukken pannenkoek op de grond gooit, die ze later als ze vertrekken opraapt en aan ons aanbiedt. Hoe vriendelijk.

 

 

Dag 4 maandag

 

Vandaag rijden we in prachtig weer naar Cancale. Het wordt een leuke rit langs de kust en we stoppen op meerdere plekken om af en toe eens wat rond te kijken.

 

 

Cancale zelf ligt er van een afstand werkelijk schitterend bij in het zonnetje aan een prachtige blauwe zee. We willen eigenlijk eerst vlak voor we Cancale inrijden naar het musee des huitres et des coquillages, maar kennelijk heb ik verkeerd gekeken hoe dat werkt, want dat kan alleen op een drietal tijdstippen met een gids, iets waar we toch al een hekel hebben dus dan maar meteen door het stadje in. We kijken eerste in de benedenstad aan het water en later in de bovenstad bij de kerk. We concluderen dat het een leuk plaatsje is waar ook de nodige oesters op straat verkocht worden. Rond de kerk in de bovenstad ben je wel meteen van de toeristen af valt ook op.

 

 

Vlakbij Cancal ligt de pointe de Grouin waar we daarna naar toe rijden. We zitten er een tijdje in het zonnetje te kijken naar de zee en de ruige kust.

 

 

We rijden dezelfde weg terug naar Pontorson en stoppen wederom een paar keer, onder andere bij Vivier sur mer waar de nodige hulpeloos scheef gevallen bootjes liggen doordat het eb is en in Cherreuix waar een aantal winmolens zonder wieken staan. Hier lopen we ook nog een winkeltje in die regionale lekkernijen verkoopt maar we kopen uiteindelijk niets.

 

 

Terug in het dorp doen we boodschappen en maken een maaltijd Hollandse pot. Na het eten loop ik nog een rondje en drink een kop koffie aan de toog van restaurant “La Brazza”. Ik kan er in de open keuken kijken en het valt me op hoe schoon het er is zodat ik besluit dat we hier ook maar een keertje moeten gaan eten.

 

Dag 5 Dinsdag

 

We zijn laat op omdat we niet al te best slapen. De ochtend bestaat uit wat rond keutelen, opruimen en lang buiten aan de koffie en een boek. Na het middageten rijden we naar Antrain waar we het Parc Floral de Bretagne bezoeken. Het is hier warm en de tuin is mooi met heel veel bloemen en we kunnen er gelukkig ook een drankje krijgen. We vinden er ook nog een kas waar plantjes gekocht kunnen worden, wat we ook doen om mee naar huis te nemen.

 

 

Later in de middag op de camping samen al babbelend op ons terras een paar wijntjes weg gewerkt en na een douche richting pizzeria “La Squadra” gewandeld. We worden hier wel erg overdreven vriendelijk bediend door een wat oudere vrouw maar het eten is niet verkeerd. Ook dit zaakje is weer erg klein en behoorlijk bezet de hele avond. Vooraf een salade nicoise, op zich prima maar mist de ansjovis jammer genoeg. Een pizzaatje voor de trek en nog een Trou Normand na, wat appelijs met Calvados blijkt te zijn. Rond negen uur staan we weer buiten en we lopen we terug naar de camping een flink stuk om, om nog even van het mooie weer te genieten.

 

Dag 6 Woensdag

 

Vandaag is het hier marktdag waar we naar toe willen. Net als we weg willen gaan komt een medewerker van de camping binnen lopen met een loodgieter. Men gaat de geiser vervangen tot onze verbazing. We hebben wel gemerkt dat de geiser nog wel eens op storing ging maar na resetten werkte het ding altijd wel weer. De markt is uitgebreid en na een tijdje laat ik mijn reisgezel alleen en neem een kop koffie met een krantje op een terras. Later drinken we hier samen ook nog een kop koffie voordat we met de nodige snuisterijen en planten weer op huis aan gaan. Daar blijkt de monteur net klaar met de geiser zodat we op ons gemak aan de lunch kunnen.

 

Na de lunch rijden we naar Dol de Bretagne wat hier vlakbij ligt. Een leuk en fraai stadje met veel vakwerkhuizen en een grote Kathedraal die ,uiteraard zou ik haast zeggen, voor een flink deel in de steigers staat. Het is opvallend rustig in het stadje, we komen nauwelijks toeristen tegen en we zien ook helemaal nergens reclame voor het stadje wat ons eigenlijk verbaasd. Het is hier minstens net zo mooi als in plaatsen waar wel reclame voor wordt gemaakt.

 

 

We bezoeken de Cathedraloscope tegenover de kathedraal. Dit is een museum waar men in detail uitlegt hoe de kathedralen vroeger gebouwd werden. We zijn vrij vlot klaar maar we leren er wel twee dingen, spuwers (gargouilles) waren nodig om te voorkomen dat regenwater langs de gevel zou lopen en deze daardoor weg zou rotten en dat men eerst een ronde kist uit timmerde om de luchtbogen op te kunnen metselen waarna de kist verwijderd werd. Als je geen interesse in bouwen of architectuur hebt moet je hier niet heen gaan is wel duidelijk.

 

 

Als we terug naar de auto wandelen nemen we nog een drankje op een terras waar we helaas veel last van wespen hebben en snel weer vertrekken. De rest van de middag met heerlijk weer tevreden met een glaasje wijn op de veranda gezeten. We bellen nog wat met het thuisfront, maken macaroni, houden nog een avondwandelingetje en zitten tot het slapen gaan in lekker weer buiten.

 

Dag 7 Donderdag

 

Ook vandaag is het wederom prachtig weer als we opstaan en met een klein briesje goed te doen. Al vrij vroeg op pad naar Granville. We rijden heen via de RN wat geen al te leuke reis is en parkeren eerst in het lage gedeelte van het stadje vlakbij een strandje waar je gratis kan staan. We kijken wat rond aan het water en bij de haven. Ook dwalen we door wat straatjes die niet heel spannend zijn maar waar we wel heel veel gehandicapte mensen tegen komen. Later zien we dat er een groot revalidatiecentrum tegen het strand aan ligt. Als je dan toch moet revalideren lijkt ons dit niet zo’n slechte plek.

 

 

Na een drankje op een terrasje rijden we naar de bovenstad waar we naar het musee Richard d’Anacreon willen. Dit is een klein museumpje met zo’n zestig doeken van eind 19e en begin 20e eeuw. Veel leuk spul met een paar bekende en ook onbekende namen. Ook is er een kleine tentoonstelling over de nieuwe glas in lood ramen die door Lechevallier voor de kerk zijn ontworpen na WWII, om de stuk gebombardeerde exemplaren te vervangen. Een klein maar fijn museumpje waar we wel vrij snel klaar mee zijn.

 

 

We besluiten gezien de saaie heenweg maar langs de kust terug te rijden over d-weggetjes en dat blijkt een stuk leuker te zijn. We stoppen in Saint Pair sur Mer waar we op een pleintje wat drinken en eten, helaas valt het eten wat tegen en brand het ook nog eens de bek uit.

 

 

De route terug naar Pontorson is mooi met her en der schitterende uitzichten op de Mont St Michel. Daarnaast komen we door aardige stranddorpen die nog niet verziekt zijn door het massatoerisme. We doen weer eens wat boodschapjes bij de Carrefour waarna we tegen vijf uur stop de camping arriveren. Na wat drankjes de macaroni van gisteren opgewarmd en op gegeten. Verder wordt het een rustige avond die we weer prima buiten door kunnen brengen en gaan we tamelijk vroeg naar bed.

 

Dag 8 Vrijdag

 

Het wordt weer warm en we willen richting Mortain waar volgens de kaart wat meertjes liggen om lekker aan het water te hangen met een boek. Maar eerst rijden we naar Mortain zelf waar we de Abbaye Blanche bekijken. Dit is een wat merkwaardig en verrassend complex, de abdijkerk lijkt uit de 16e eeuw, is sober maar voorzien van modern glas in lood. Langs de twee gevels heeft men nog de omgang van de abdijtuin staan. Tegen de kerk staat een enorm neo-klassiek pand waarvan we de functie niet begrijpen. Bij de entree van het terrein is op een verhoging een enorm Mariabeeld geplaatst. We vinden het er heel vreemd staan omdat het maar vanaf een klein stukje op het terrein zichtbaar is.

 

 

Vlakbij Mortain bevindt zich ook de Grande Cascade. Dit is wat veel eer voor een misschien wel redelijk hoog maar heel klein watervalletje. Het lukt niet om de waterval goed op de foto te krijgen. In Mortain zelf parkeren we ook nog even om de kerk te bekijken en vooral een frisje op een terras te drinken.

 

 

Hierna rijden we we naar het meertje bij La Mazure. Aan het meertje blijkt een soort bio vakantie-oord te liggen wat er voor zorgt dat je als particulier nergens aan het water kan komen. Aan het vlakbij gelezen stuwmeer van Vezins hebben we meer geluk hier heeft men op een mooi punt aan het water een aire gemaakt met sanitair, waar we onze tuinstoelen neer zetten onder een paar bomen. Het blijkt een bijzonder rustig plekje te zijn waarbij we soms een visser het meer op zien gaan of iemand zijn hond uit zien laten.

 

 

We eten vanavond bij “Les Camelias” Een restaurantje wat bij Les Routiers hoort en iets buiten het centrum van het dorp ligt. Als we binnen komen zitten er inderdaad ook een paar chauffeurs te eten waaronder een Nederlander. Ik neem Moules a la crème die prima zijn en mijn tafeldame een menu waarbij ze vooraf 8 oesters krijgt. Ik probeer er ook eentje maar vind er niets aan, sterker gewoon een onsmakelijke hap zout water meer is het niet. Na allebei nog 2 bolletjes ijs en we moeten een habbekrats betalen voor een lekkere maaltijd. Het is er wel wat onrustig eten door wat luidruchtige mensen aan de bar en een tv die daarboven hangt te bleren.

 

We gaan laat naar bed omdat er achter ons kennelijk mensen voor een weekend in een caravan getrokken zijn en een soort feestje houden. Ondanks dat weten ze onze nachtrust behoorlijk te verzieken in combinatie met een hoop jeukende muggenbulten die ik vanavond kennelijk zonder te merken heb opgelopen.

 

Dag 9 Zaterdag

 

Door de slechte nachtrust zijn we laat wakker en we overleggen kort wat we vandaag willen doen. We besluiten lekker uit te slapen en gezien het mooie weer maar gewoon de rest van de dag hier te blijven. Wel drinken we later in de middag aan het dorpsplein bij het café de "l’hotel de ville" een biertje. Men schenkt er een lekker ons onbekend Duits biertje van de tap en het is er druk door een trouwerij en doordat de verenigingen van het dorp zich presenteren in het dorpshuis.

 

Het avondeten wordt een gewone maaltijd met groente, aardappelen en vlees wat ook wel weer eens lekker is. Als we ’s avonds nog een rondje door het dorp lopen blijken de restaurants uit te puilen.

 

Dag 10 Zondag

 

Het weer blijft prima ook vandaag gaat het weer naar zesentwintig graden. Na een ontbijt van gebakken eieren rijden we naar Avranches om het Scriptorial te bezoeken. In het Scriptorial heeft men tweehonderd verluchte boekwerken verzameld uit de 9e t/m 11e eeuw. Honderdtachtig stuks zijn afkomstig van de Mont Saint Michel en de rest komt uit Avranches zelf. De teksten zijn van dichtbij te bekijken en dan blijkt toch dat al die miniaturen niet zo heel precies getekend zijn als dat ik altijd dacht, ondanks dat blijft het prachtig spul. Ook heeft men nog een kleine tentoonstelling over Matisse met aandacht voor zijn werken als illustrator van boekwerken. Het ziet er allemaal tamelijk simpel uit maar kennelijk heeft hij er wel mee gescoord.

 

 

Als we het pand verlaten drinken we op een terras aan een gezellig plein nog een kop koffie, voordat we doorlopen naar de kerk en de schitterende Jardin des Plantes die daar voor ligt. De kerk is van buiten fraai maar van binnen vinden we hem nogal tegen vallen. Het parkje is echt van de buitencategorie met heel veel bloeiende planten. Je hebt er ook een fenomenaal uitzicht op de baai met de Mont Saint Michel waar een prachtige meanderende rivier in uitloopt. We vinden het park mooier als de tuin waar we afgelopen week geweest zijn en het is ook nog eens gratis.

 

 

In Avranches is het de hele morgen tot onze verbazing erg rustig en stil ondanks het mooie weer en het feit dat hier echt wel wat te zien is. De rest van de middag zakken we weer neer aan het water bij Verzin. Het is vandaag wat minder rustig omdat een complete familie van een man of dertig de aire heeft uitgekozen voor de zondagslunch. Ondanks dat is het hier wederom prima vertoeven in de schaduw met een boek.

 

We eten vanavond dan bij “La Brazza” wat ik me al had voorgenomen. Het is niet de meest uitnodigende tent in het dorp maar we eten er prima. We nemen allebei een menu waarbij ik vissoep en tafelgezel gerookte zalm als entree naar binnen werken. Als hoofgerecht hebben we allebei een stoofpotje met vis, schelpdieren, groente, aardappels en room wat heerlijk is en na volgt nog een dame blanche. Nog een half flesje wit erbij en afgesloten met thee. Het enige minpuntje is de bediening, de dame die dit op zich neemt is iedere keer dermate snel met afruimen dat we binnen een uur klaar zijn en zelfs aan de thee hebben we het idee dat we beter maar snel kunnen vertrekken. Als we terug komen bij de caravan is het te koud om nog buiten te zitten maar eigenlijk gek genoeg ook te warm om binnen te zitten. We besluiten toch maar het laatste te doen.

 

Dag 10 Maandag

 

Vandaag dan uiteindelijk naar de Mont Saint Michel, wat de belangrijkste reden is om onze vakantie in Pontorson door te brengen. We rijden nog langs het molentje in Moirey wat je ook op veel foto’s uit deze omgeving ziet. De molen draait zelfs en kraakt vervaarlijk wat ook niet zo vreemd is want de wieken zijn uitgevoerd met houten latten die als dakpannen over elkaar heen liggen.

 

 

Ondanks de maandag is het toch behoorlijk druk bij de Mont en moeten we nog een behoorlijk eind lopen als we de auto geparkeerd hebben. We hebben ergens gelezen dat je de Mont het beste via de linkerkant kan beklimmen omdat het daar rustiger is en we kunnen melden dat dit inderdaad klopt. Helemaal boven aangekomen mogen we € 7,50 betalen om de abdij te bezichtigen wat we dan maar doen. Eenmaal binnen moeten we ook hier nog de nodige trappen op voor we het plein voor de abdij bereiken. Het uitzicht op de baai is fraai en het is leuk om de wadlopers aan te zien komen vanaf Tombelaine. De abdij zelf is architectonisch en constructief interessant maar heeft geen kerkschatten en is op dat gebied ronduit saai. Wel vinden we het razend knap dat de monnikken tijdens de bouw op tachtig meter hoogte op een rots nog een abdijtuin hebben weten te maken. Onze ervaring is dat de de gemiddelde abdij die we bezoeken toch vaak veel rust en stilte uitstraalt, maar in deze is het een lawaai van jewelste. Overal gillende en rennende kinderen en gidsen die bijna schreeuwen in diverse talen om zich nog enigszins verstaanbaar te maken richting hun groep om boven het kabaal uit te komen. Maar het grootste probleem vinden wij toch dat het te toeristisch is. Als we de mont afdalen via de rechterkant langs de Grand Rue blijkt deze buiten het seizoen al overvol te zijn. Het kan haast niet anders dat je hier in het hoogseizoen verzuipt in de mensenmassa’s lijkt ons. Tijdens de afdaling komen we dan ook nog de nodige eethuisjes tegen, die nogal irritant en kinderachtig zo ongeveer allemaal mere Poulard heten. Een veeg teken is uiteraard ook dat er busladingen Japanners gelost worden. Onze conclusie is dat we het helaas allemaal iets tegen vinden vallen.

 

 

Op de terugweg naar de camping willen we eigenlijk nog wat drinken in Beauvoir maar op maandag is kennelijk alles dicht zodat we maar doorrijden en bij de Carrefour in Pontorson de laatste boodschappen doen. We nemen een late lunch in de vorm van een omelet en de rest van de middag ruimen we vast wat zaken op en rommelen wat in de caravan omdat het opeens de hele middag regent en blijft regenen. Als avondeten koken we de koelkast voor een groot deel leeg en de avond brengen we door met een paar wijntjes en een boek voor we vroeg in bed kruipen.

 

Dag 11 Dinsdag

 

Vandaag blijkt de krant die ik altijd haal, de Ouest France, er niet te zijn wegens stakingen. Ik neem maar een La Manche mee die net zo goed of net zo slecht is. Ook vandaag is het wisselvallig zodat we besluiten naar het musee des beaux arts in Renneste gaan. Alleen begint de auto vlak voor Rennes vreemd te doen, oranje lampjes die gaan branden en een auto die heel erg inhoudt en waarmee alleen nog maar in zijn 1 en 2 te rijden is, alle power is weg. Ik besluit toch terug naar de camping te rijden zodat we in ieder geval bij onze spullen kunnen en dan pas te bellen met de ANWB. De terugreis is er eentje met het zweet in de handen want heuvelop valt de auto af en toe bijna stil terwijl er bij tijd en wijle ook vrachtwagens achter ons opduiken. Uiteindelijk lukt het om zonder ongelukken en zonder anderen in gevaar te brengen de camping te bereiken. Na een belletje met Eurocross gaat het vlot en is de depanneur snel ter plaatse om de auto op te laden. Die wordt afgevoerd naar een garage in Saint Malo voor onderzoek en het is de bedoeling dat we morgen te horen gaan krijgen of de auto gerepareerd gaat worden of dat we met vervangend vervoer naar huis moeten.

 

Als we aan het eind van de middag het stadje inlopen om ergens wat te gaan drinken en een beetje van de schrik te bekomen, begint het ook nog eens stevig te regenen en te onweren. Gezien de problemen pinnen we ook nog maar even stevig om op mogelijk kosten voorbereid te zijn. Na een drankje in "l'hotel de ville" gaan we weer eten bij “Les Camelias” waar het druk en warm is. We nemen allebei moules frites met een wit wijntje uit de Elzas en na een ijsje. We eten wederom prima.

 

Dag 12 Woensdag

 

We horen niets meer van Eurocross zodat we zelf in de loop van de ochtend maar eens met de garage in Saint Malo bellen waar de auto naar toe zou worden gebracht. Die blijkt nog niet binnen te zijn en men verteld ook pas laat in de middag na werktijd tijd te hebben om te bekijken wat er met de auto aan de hand is. We hebben veelvuldig contact met Eurocross en uiteindelijk kunnen we bij het vliegveld van Dinan laat in de middag een huurauto ophalen. Dat is dan wel even een kilometer of 60 met een taxi die we uiteindelijk met behulp van de receptie na een hoop belletjes weten te vinden. We worden door een prima Engels sprekende Franse chauffeuse op het vliegveld afgezet waar we na wat papierwinkel een Ford Cmax mee krijgen. Ik kom terug op de camping met behoorlijke koppijn, wat voor mijn gevoel te maken zal hebben met de nodige stress omdat we morgen een auto nodig hebben om op tijd terug te zijn voor een ziekenhuisbezoek, die we maar bestrijden met een paar biertjes wat ook helpt. Aansluitend gedoucht waarna we gaan eten bij “la Baroque”. We slaan het voorgerecht over en nemen snoekbaars met ratatouille waarbij ik wel erg veel graten tegen kom waar ik een hekel aan heb. Het flesje rosé erbij is gelukkig wel lekker. Na een Trou Normand die wat slapjes in de alcohol is. De tent loopt uiteindelijk helemaal vol met vooral Engelsen, met het gevolg dat de bediening het allemaal niet meer bij kan houden en de chaos compleet is. Terug op de camping worden we nog gebeld door Eurocross dat de katalysator van de auto kapot is en die niet in Frankrijk gerepareerd gaat worden omdat reparatie in Frankrijk te duur is. Later horen we van de Nederlandse garage waar een en ander dan wel gerepareerd wordt dat de katalysator niet echt kapot was maar vol zat me olie door lekkage van de motor. Nogal een veeg teken voor een motor die nog maar 35000 km heeft gedraaid en uiteindelijk zullen we een jaar later met een lekke koppakking komen te staan en moet de complete motor vervangen worden.

 

Dag 13 donderdag

 

We ontbijten bij de bar van het campingrestaurant wat prima bevalt, waarna we om ongeveer half negen de weg op gaan richting huis. Het eerste deel van de reis hebben we veel mist maar het wordt later steeds zonniger en het rijdt vlot door tot we in een megafile voor Antwerpen terecht komen. We weten binnendoor bij de Liefkenshoektunnel uit te komen zodat we toch nog iets na vijf uur Nederland in rijden. We zijn het wel even zat en hebben ook geen zin om in de spits verder te rijden zodat we afslaan naar Heeze . Hier vinden we een rustige Chinees waar we de auto voor de deur kwijt kunnen en een uitgebreide maaltijd nuttigen. Als we Heeze weer verlaten is de spits voorbij en rijdt het laatst stuk naar huis inderdaad vlot door.